Geen meetverplichting voor studentenhuisvesting bij warmtelevering
Bij warmtelevering zijn verhuurders van studenteneenheden tot 50m2 niet verplicht om bestaande woningen individueel te bemeteren. Dit blijkt uit de Handreiking voor de toepassing van de AMvB meetverplichting warmte en koude voor bestaande gebouwen die afgelopen week is gepubliceerd door de Raad voor Ondernemend Nederland. Hiermee is voldaan aan de wens van Kences om studentenwoningen vrij te stellen van de meetverplichting.
Huurder heeft recht op een individuele meter
Recent is de ‘Wijziging van de Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie en de Warmtewet in verband met de implementatie van richtlijn 2018/2002/EU betreffende energie-efficiëntie‘ door de Tweede en Eerste Kamer aangenomen. Deze wijziging had als doel dat iedere eindgebruiker (in het geval van een verhuurder, de huurder) recht heeft om tegen concurrerende prijs een individuele meter ter beschikking gesteld die zijn individuele energiegebruik nauwkeurig weergeeft. Het uitgangspunt is dat de eindgebruiker inzicht moet hebben in zijn energieverbruik zodat hij maatregelen moet kunnen nemen om dit energieverbruik te verminderen. Als individuele bemetering verplicht is volgens de wet dan heeft dit ook gevolgen voor de informatieverstrekking en afrekening. Per 1 januari 2022 maandelijks verbruiksinformatie worden verschaft aan de eindafnemer (lees huurder) en dient de eindafrekening (facturering) aan allerlei aanvullende eisen te voldoen.
Geen individuele meter indien niet technisch haalbaar óf kostenefficiënt
Echter het plaatsen van individuele meters is niet nodig als dit technisch niet haalbaar is óf niet kostenefficiënt is. Hierbij wordt het plaatsen als kostenefficiënt gezien als de huurder kosten van de meter kan terugverdienen door zijn energiekosten te verlagen. Blijkens de Memorie van Toelichting en art. 6a lid 10 van de Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie is het plaatsen van individuele warmtemeters altijd technisch haalbaar en kostenefficiënt als een bestaande meetinrichting wordt vervangen, een nieuwe aansluiting wordt gemaakt in een nieuw gebouw en als een gebouw ingrijpend wordt gerenoveerd.
Bemetering bij studentenwoningen niet kostenefficiënt
In de handreiking is te lezen dat de meting van warmte bij onzelfstandige eenheden niet effectief is doordat er grote uitwisseling plaatsvindt tussen de gemeenschappelijke ruimten en de individuele ruimten en het relatief grote aandeel van de gemeenschappelijke gedeelten. Hierdoor kan een individuele huurder slechts een zeer beperkte invloed hebben op het energieverbruik in zijn privéverblijf. Bij kleine zelfstandige studentenwoningen geldt dat de jaarlijkse kosten voor het meetsysteem (die doorberekend kunnen worden in de servicekosten) niet kunnen worden terugverdiend door te besparen op energie. In deze gevallen zou het plaatsen van een individuele meter tot meer kosten voor de huurder leiden. In de handleiding is daarom gekozen om – net als in de Gas- en Elektriciteitswet – studentenhuisvesting tot 50m2 geen verplichting op te leggen voor een individuele (bemeterde) aansluiting.